De Vikingen en Germanen leefden een hard leven in het koude noorden. De overgebleven verhalen van hun goden en helden zijn dan ook grimmig en staan vol met bloedvergieten, wraak en sombere voorspellingen. En met een stel gruwelijke wezens die de vijand van goden en mensen waren, en uiteindelijk de wereld ten onder zouden laten gaan.
Niddhogg
Een draak die aan de wortels van de levensboom, Yggdrasill, knaagt in de diepste onderwereld. Als Nidhogg de belangrijkste wortel van de boom heeft doorgeknaagd, zal de boom sterven en daarmee alle werelden van de Noorse kosmos.
Trollen
Lelijke wezens die in grotten leven en soms mensen ontvoeren. Trollen kunnen toveren, maar zijn niet bestand tegen het zonlicht, waardoor ze in steen veranderen. De dappere, sterke god Thor vind niets leukers dan trollenkoppen inslaan met zijn betoverde hamer Mjölnir. De trol bleef na de kerstening van Scandinavië in de volksverhalen bestaan als sprookjeswezen.
Jormundgand
Eén van de monsterlijke kinderen van de god Loki, die zijn carrière begon als bedrieger en gedaanteverwisselaar. Na de moord op de god Balder eindigde Loki een grot, door de andere goden vastgebonden met de ingewanden van zijn eigen zoon, onder een slang die constant gif in zijn gezicht kwijlde. Zijn slangachtige zoon Jormundgand werd door hen in zee geworpen, maar werd zo gigantisch groot dat hij de wereld helemaal kon omcirkelen.
Fenris
Fenris is een tweede zoon van Loki. Fenris is een afschrikwekkende wolf met een ongekende vraatzucht en werd door de goden uiteindelijk met een magische ketting vastgebonden, een akkefietje dat de oorlogsgod Tyr zijn hand kostte. Tijdens Ragnarok, de eindstrijd tussen goden en reuzen wanneer alle werelden zullen vergaan, zal Fenris uit zijn ketenen losbreken en de oppergod Odin verslinden.